Gebouwschade

Samenvattend onderzoek hoofdoorzaken gebouwschade in het bodemdalingsgebied Nedmag

Volgens het rapport van Arcadis worden de schades aan woningen niet veroorzaakt door bodemdaling als gevolg van de zoutwinning door Nedmag. De hoofdoorzaken zouden de huizen zelf zijn. Die zijn verouderd, met gemetselde funderingen en zonder lateien boven de gevelopeningen. Ook de veengrond speelt een rol, maar bodemdaling door zoutwinning en het aanpassen van de grondwaterstand daaraan hebben een verwaarloosbare invloed, stelt Arcadis.

Deze conclusies zijn niet wetenschappelijk geverifieerd. De oorzaak/gevolg relaties berusten niet op proefondervindelijk bewijs en zijn niet onderworpen aan kritische toetsing door opponenten. Het rapport velt subjectieve oordelen.

Zoutwinning veroorzaakt bodemdaling met als direct gevolg grondwaterstijging ten opzichte van het maaiveld en aantasting van het draagvermogen van de grond. Een fundering zal bezwijken zodra het draagvermogen voor de eerste maal onder de belasting zakt. Een slechte bouwkundige staat alleen leidt niet tot een hogere kans op bezwijken. Elke verhoging van de grondwaterstand doet dat wel.

Onderzoek van Hoefnagels (1995) in Groningen en van GeoConsult (2001) in Friesland heeft geen verband aan kunnen tonen tussen de dikte van het veen en verzakking van gebouwen met NAP bouten. Waarschijnlijk is veen onder de fundering in de loop der jaren dermate samen- en weggedrukt dat er onder de fundering nauwelijks meer iets te oxideren viel bij latere droogval. Voorzover dat nog wel het geval zou zijn, is verlaging van de grondwaterstand de oorzaak van gevolgschade, niet de onveranderde aanwezigheid van veen. Waar verlaging van de grondwaterstand nodig was om vernatting door bodemdaling tegen te gaan, is die schade toe te schrijven aan bodemdaling veroorzakende delfstofwinning.

Soms zullen individuele belangen moeten wijken voor delfstofwinning van groot algemeen belang. Dit moet dan wel op een maatschappelijk aanvaardbare wijze gebeuren. Er moet rekening worden gehouden met kwetsbaarheden van het gebied en schade, die zonder delfstofwinning niet opgetreden zou zijn, moet worden vergoed. Afwijzing van schade claims op grond van een mindere bouwkundige staat is voor de zoutwinning rond Veendam net zo onaanvaardbaar als voor het boren van de Noord-Zuid lijn tunnel in Amsterdam.

Door ondervertegenwoordiging van de belangen van individuele gedupeerden in de aansturing van het onderzoek en beperking van de onderzoeksopdracht tot samenvatting van eerder onderzoek werden nieuwe inzichten bij voorbaat uitgesloten.